Menig ondernemer betaalt maandelijks een forse premie, omdat een verzekering is afgesloten in geval van arbeidsongeschiktheid. Deze verzekering keert in principe uit zodra een ondernemer niet meer kan werken. Discussie bestaat echter op het moment dat de uitval in het werk is ontstaan door een ongeval.

Mag de uitkering uit arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) dan worden verrekend met een schadevergoeding? De (verzekeraar van de) aansprakelijke partij stelt zich doorgaans op het standpunt van wel. De aansprakelijke partij doet dat middels een beroep op de zogenaamde ‘voordeelsverrekening’. Met andere woorden, zij meent dan dat het voordeel van een uitkering vanuit een AOV in mindering mag worden gebracht op de uiteindelijk te betalen letselschadevergoeding.

Daar valt wat voor te zeggen. Het is immers een rare gedachte dat de schade die voortkomt uit het verlies aan verdienvermogen tweemaal wordt vergoed. Anderzijds heeft de benadeelde ondernemer vrijwillig en voor eigen rekening een verzekering afgesloten en daar – soms wel jarenlang – voor betaald.

Gezichtspunten Hoge Raad
In het Verhaeg/Jenniskens-arrest heeft de Hoge Raad een zestal gezichtspunten geformuleerd om te beoordelen of verrekening van een uitkering uit hoofde van een verzekering redelijk is. In deze gezichtspunten wordt onderscheid gemaakt tussen een schadeverzekering en sommenverzekering. Ik leg dit uit. Een schadeverzekering keert de schade uit die daadwerkelijk wordt geleden. Bij een sommenverzekering is de hoogte van de werkelijk geleden schade niet van belang. In plaats daarvan keert de sommenverzekering een van tevoren afgesproken bedrag uit, de verzekerde som.

  1. Gezichtspunten voor verrekening in geval van letselschade en voordeel dat bestaat uit een verzekeringsuitkering zijn als volgt:
    Uitkering kunnen enkel worden verrekend indien dezelfde schade wordt vergoed.
    Van verrekening in het algemeen is alleen dan sprake, indien de uitkering ertoe strekt dezelfde schade te vergoeden als die waarvoor de partij die zich op de voordeelstoerekening beroept, aansprakelijk is. Bij een sommenverzekering wordt de verzekerde som uitgekeerd zonder nader te specificeren op welke schadeposten de uitkering ziet. Daardoor is het meestal niet duidelijk of een bepaalde schadepost mogelijk twee keer wordt vergoed.
  2. Geschiedt de uitkering ingevolge een schadeverzekering, dan zal – als voldaan is aan de eis onder (a)– verrekening in beginsel op haar plaats zijn.
  3. Uitkeringen uit een sommenverzekering komen in beginsel niet voor verrekening in aanmerking als de verzekering door de benadeelde zelf (of een ander buiten de sfeer van de aansprakelijke persoon) is gesloten en betaald;
  4. Is de premie voor de sommenverzekering door de aansprakelijke betaald kan dat reden vormen om tot verrekening over te gaan. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de situatie dat de premie is betaald door de werkgever en het ongeval tijdens werktijd heeft plaatsgevonden.
  5. Uitkeringen uit een sommenverzekering komen in het algemeen niet voor verrekening in aanmerking als de aansprakelijkheid is gedekt door een (aansprakelijkheids-)verzekering.
  6. Voor verrekening bestaat in het algemeen eerder aanleiding indien sprake is van een risicoaansprakelijkheid dan wanneer de aansprakelijkheid is gebaseerd op schuld. Voorts kan de rechter betekenis toekennen aan de mate van verwijtbaarheid, in die zin dat voor verrekening eerder grond bestaat naarmate de aansprakelijke persoon minder verwijt van het schadebrengende feit kan worden gemaakt.

De gezichtspunten geven dus geen eenduidig antwoord op de vraag of verrekening redelijk is, maar bieden handvatten om dit per concreet geval te beoordelen.

Lagere rechtspraak
Verrekening vindt daardoor in lang niet alle gevallen plaats. Bovendien bestaat er nog een tussenvariant. Zo komt het soms ook voor dat de uitkeringen weliswaar in mindering worden gebracht op de te vergoeden schade, maar de schadevergoeding dan wel weer wordt vermeerderd met de reeds betaalde premies van de AOV.

Hieronder vat ik wat uitspraken samen. Uiteraard is deze weergave (bij lange na) niet uitputtend.

Rechtbank Limburg 6 december 2017, ECLI:NL:RBLIM:2017:12135
In deze zaak oordeelde de rechtbank dat er sprake was van een sommenverzekering. Kort gezegd, vond de rechtbank dat de AOV-uitkering afhankelijk was van een van tevoren vastgestelde verzekerde som. Er was bijvoorbeeld in de polisvoorwaarden geen koppeling gemaakt met de daadwerkelijk geleden schade.

Vervolgens moest de rechtbank oordelen over de vraag of deze sommenverzekering verrekend mocht worden. Voor de rechtbank was van belang dat de AOV door het slachtoffer zelf was afgesloten en betaald. Bovendien speelde mee dat de aansprakelijke automobilist was verzekerd voor de aansprakelijkheid en de schade van de fietser dus niet uit eigen zak hoefde te betalen. Tot slot was dat sprake was van “schuldaansprakelijkheid”. Dat wil zeggen dat de aansprakelijke partij zelf een fout had gemaakt.

De rechtbank kwam op grond daarvan tot het oordeel dat er geen verrekening hoefde plaats te vinden. Dat betekent dat het slachtoffer zijn verlies aan inkomen vergoed krijgt zonder dat de AOV-uitkering die hij ook ontvangt daarop in mindering hoeft te worden gebracht.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwaarden 1 mei 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:4122
In dit geval is het hof van oordeel dat het redelijk is te verrekenen, omdat het een schadeverzekering betreft die ertoe strekt dezelfde schade te vergoeden als die waarvoor de verzekeraar van de wederpartij aansprakelijk is. Zonder verrekening zou de benadeelde in een aanmerkelijk voordeligere positie komen. Geheel in lijn met de gezichtspunten van de Hoge Raad oordeelt het hof daarom dat de AOV-uitkeringen mogen worden verrekend. De verzekeraar hoeft dus alleen de schade wegens verlies aan inkomen te vergoeden die niet door de AOV-verzekering is gedekt.

Het hof ziet wel aanleiding om de door benadeelde betaalde premies voor de AOV in aftrek te brengen van de door hem ontvangen uitkering op basis van die AOV. De gedachte hierachter is dat benadeelde de persoonlijke keuze heeft gemaakt om een verzekering af te sluiten ter voorkoming van inkomensterugval door arbeidsongeschiktheid. Benadeelde heeft daarvoor gedurende een lange periode jaarlijks premie betaald. Het hof oordeelt dat het in overeenstemming is met de maatstaven van redelijkheid en billijkheid dat de door benadeelde betaalde premies in zijn geheel in mindering worden gebracht op het te verrekenen schadebedrag. Het gaat dan over de volledige looptijd van de verzekering voor arbeidsongeschiktheid.

Rechtbank Gelderland 8 november 2021, ECLI:NL:RBGEL:2021:5913
In deze zaak oordeelt de rechtbank Gelderland dat de AOV-verzekering een gemengd karakter heeft en dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onredelijk is om deze volledig in mindering te brengen op de schadevergoeding.

De rechtbank overweegt wel dat wellicht een deel in mindering zou kunnen worden gebracht, maar omdat dit verweer niet is gevoerd door de aansprakelijke partij wordt hier verder niet op in gegaan.

 

Meer weten? Neem vrijblijvend contact met ons op.

Abonneer op onze nieuwsbrief.

We houden je graag op de hoogte

Wij versturen de nieuwsbrief via Mailchimp.com. Jouw e-mailadres wordt op haar server verwerkt. Akkoord? *
Lees haar privacyverklaring op https://mailchimp.com/

Steenovenweg 5 te Helmond

Benieuwd?

Bel ons op 0492 – 745 537